Geschiedenis van het College |
![]() |
![]() |
![]() |
Oprichting en geschiedenis van het instituutBologna is nauw verbonden met de gebieden die ooit deel uitmaakte van het Hertogdom Brabant. Al meer dan een eeuw lang komen deze vriendschapsbanden tot uiting in het Collegio dei Fiamminghi, een instituut dat tot op vandaag, in het licht van een ononderbroken traditie, onderdak biedt aan studenten en jonge onderzoekers uit België en Nederland. De Universiteit van Bologna bestaat inmiddels duizend jaar, en in de loop der eeuwen openden talloze universiteitscolleges hun deuren. Maar Het Collegio dei Fiamminghi - ook wel Jacobscollege genoemd, naar de naam van de oprichter- is één van de weinige die nu nog steeds actief zijn. Buitenlanders die naar Bologna kwamen om te studeren aan de Alma Mater organiseerden zich sinds de Middeleeuwen in Nationes, en zulke Nationes versterkten vaak hun aanwezigheid op het territorium door het oprichten van Colleges. Deze instellingen moesten onderdak en steun verlenen aan studenten die van heinde en verre naar Bologna kwamen om er een universitaire titel te behalen. Al ten tijde van de kroning van Karel V (die plaats had in 1530 in de kerk van Sint-Petronius) waren er in Bologna verschillende kunstenaars uit Vlaanderen actief, die in dienst stonden van het hof. Maar daar bleef het niet bij: in het werk van Tibaldi en zelfs van Agostino, Annibale en Ludovico Carracci zijn de invloeden van de Vlaamse schilderkunst duidelijk merkbaar. Denijs Calvaert, een schilder afkomstig uit Antwerpen, vestigde zich in Bologna en werkte er tot aan zijn dood in 1619. Zelfs Anthonis Van Dyck verbleef in 1623 in Bologna en maakte er kennis met de werken van Carracci en il Parmigianino.
In het kielzog van die artistieke contacten (waar overigens ook de muziek toe behoorde: zo maakte de 'nieuwigheid' van de pas ontwikkelde Vlaamse Polyfonie zijn intrede in Bologna) kwam er een groot aantal banden tot stand tussen Bologna en de Brabantse gebieden, die in de zeventiende en achttiende eeuw een sterke bloei kenden. Er ontwikkelden zich handelsbetrekkingen en het gebeurde vaak dat gegoede Bolognese families uit die tijd hun zonen een reis laten maken naar de noordelijke gebieden: zo bijvoorbeeld Giulio en Guido De Bovio, Rinaldo Duglioli of Emilio en Girolamo Luigi Malvezzi, die allen erg interessante reisdagboeken hebben nagelaten. De talloze contacten met Vlaanderen (en daarmee bedoelen we zowel het geografische gebied als de Vlaamse culturele identiteit) gaan stilaan een centrale rol spelen in het Bolognese leven van die tijd. In die context moeten we ook de geschiedenis van Jean Jacobs zien: in 1650 beschikte Jacobs in zijn testament de oprichting van het College.
Wie is Jean Jacobs?
De knoop van Jean Jacobs
In een hoek van één van de gangen in het gastenverblijf waakt het houten borstbeeld van de oprichter discreet over het leven in het College. Deze buste stelt Jacobs voor, met een jasje dat gesloten wordt door vele kleine knoopjes. De traditie wilde dat elke student die zich klaarmaakte om huiswaarts te keren na een verblijf in Bologna één van de knoopjes van het beeld afhaalde, om mee te nemen als herinnering of geluksbrenger. Slechts één enkel knoopje heeft de eeuwen doorstaan, en voorlopig zal niemand het weghalen.
Het leven van het College gaat door, en de aspiraties van die jongeren uit het noorden laten er hun stempel na. Net als hun voorgangers openen ze er vandaag nog steeds een Bolognees hoofdstuk in het grote boek van hun leven- in het huis dat de goudsmid Jean Jacobs eeuwen geleden voor hen heeft opengesteld. |
Laatst aangepast op maandag 08 februari 2016 10:02 |